Als werkgever heeft u er ook belang bij om werkloosheid tegen te gaan. Het tegengaan van werkloosheid kan voor u namelijk een kostenbesparing opleveren. In deze blog vertel ik u meer over werkloosheidspreventie en welke kosten u hiermee kan besparen.
Werkloosheidscijfers
Werkloosheid moet zo veel als mogelijk worden voorkomen en de werkloosheidscijfers in Nederland proberen we zo laag mogelijk te houden. Hier wordt veel aandacht aan besteed, zowel door de overheid als door werkgevers. Ook in tijden van de huidige crisis is het van belang om werkloosheid tegen te gaan.
Werkloosheid wordt nu voor een groot gedeelte voorkomen door de NOW-regelingen, maar ook als het Kabinet stopt met deze steunmaatregelen zullen we er alles aan moeten doen om de werkloosheid beperkt te houden. In deze informatieve blog wordt ingegaan op het onderwerp “werkloosheidspreventie” en haar verschillende fasen.
Fasen van werkloosheidspreventie
Werkloosheidspreventie komt in verschillende fasen en vormen voor:
Vormen | Fasen |
Primaire preventie | Fase 1: bedrijf is gezond |
Secundaire preventie | Fase 2: dreiging boventalligheid |
Fase 3: ontslag aangezegd aan werknemer | |
Tertiaire preventie | Fase 4: beëindiging arbeidsovereenkomst |
* Figuur aan de hand van artikel ‘Werkloosheidspreventie in Nederland’ van Irmgard Borghouts-van de Pas.
Fase 1
In deze fase is het bedrijf gezond en ziet het er op korte termijn niet naar uit dat er werknemers ontslagen moeten worden. Werkgever kunnen zich in deze fase optimaal richten op onder andere de duurzame inzetbaarheid van werknemers.
Voor werkgevers is het in deze fase van belang om ervoor te zorgen dat de werkomstandigheden goed zijn, dat werknemers zich kunnen ontwikkelen en dat de werknemers bijvoorbeeld worden bijgeschoold. Werknemers blijven zo gezond en up-to-date en komen daarmee, als de arbeidsovereenkomst toch eindigt, gemakkelijker aan een toekomstige nieuwe baan. Als werkgever kunt u in deze fase bijvoorbeeld actief stimuleren dat uw werknemers een opleiding of cursus volgen, zodat zij zich blijven ontwikkelen.
Fase 2
Deze fase maakt samen met fase 3 onderdeel uit van de secundaire preventie. In deze fase gaat het slecht(er) met het bedrijf. Ontslag dreigt eraan te komen voor werknemers, maar heeft zich nog niet gerealiseerd. De tijd tikt in deze situatie en u als werkgever dient maatregelen te treffen om werkloosheid te voorkomen. Denk daarbij aan kostenbesparende maatregelen. In deze fase is het belangrijk om in gesprek te blijven met uw werknemers.
Fase 3
Leiden deze maatregelen niet tot verbetering, dan komt het bedrijf terecht in fase 3. In deze fase is gedwongen ontslag noodzakelijk en zal het ontslag aan de boventallige werknemers formeel worden aangezegd. Hierbij kan een Van-Werk-Naar-Werk-traject (VWNW) aan bod komen. De werkgever kan om werkloosheid tegen te gaan, de ontslagen werknemer VWNW-ondersteuning aanbieden. De werknemer wordt in dat geval begeleid van zijn oude werk naar een nieuwe baan. De werkgever kan dit intern regelen of het uitbesteden aan een intermediair.
In sommige sectoren en vaak bij grotere organisaties, kan de werkgever op basis van de cao of het sociaal plan verplicht zijn om de werknemer een VWNW-traject aan te bieden. Binnen kleinere organisaties wordt dit meestal niet gedaan, maar dat betekent niet dat de werkgever het niet mag doen. In het kader van de werkloosheidspreventie is het goed om de werknemer deze ondersteuning te bieden. Vaak wordt in onderling overleg afgesproken dat een werknemer in plaats van de transitievergoeding een VWNW-traject aangeboden krijgt. De transitievergoeding is immers bedoeld om sneller aan een nieuwe baan te komen.
Goed om daarbij op te merken is dat op het moment dat de transitievergoeding wordt gebruikt voor een VWNW-traject door bijvoorbeeld door middel van outplacement of het volgen van een opleiding, geen belasting betaald hoeft te worden. Zodra de werknemer de transitievergoeding op zijn bankrekening wil laten overmaken, dan dient hier wel belasting over betaald te worden.
Fase 4
De laatste fase is gericht op de tertiaire preventie. In dat geval is de arbeidsovereenkomst inmiddels beëindigd en is de werknemer werkloos geworden. In deze fase kunnen maatregelen genomen worden om er voor te zorgen dat de werknemer niet langdurig werkloos is. Deze fase geldt niet voor u als werkgever, maar daarin kan bijvoorbeeld UWV, de overheid, een rol in vervullen.
Kostenbesparing
De grootste kostenbesparing kunt u als werkgever behalen in fase 1. Op het moment dat een werkgever zich bezighoudt met duurzame inzetbaarheid, kan werkloosheid worden tegengaan. Dit bespaart voor u kosten in de toekomst. Denk daarbij aan de transitievergoeding, die niet hoeft te worden betaald als een werknemer, met plezier, goed blijft functioneren, doorgroeit in zijn werk of zelf een overstap maakt naar een nieuwe baan.
Daarbij voorkomt het tijdig inzetten op duurzame inzetbaarheid, vaak kosten voor een verbetertraject. Duurzame inzetbaarheid zorgt ervoor dat werknemers goed inzetbaar blijven en met plezier hun werk doen. Hierdoor kunnen werknemers vaak beter omgaan met aanpassing van taken/verantwoordelijkheden, veranderingen in de organisatie of technologische ontwikkelingen. Het gevolg hiervan is dat disfunctioneren en daarmee gepaard gaande verbetertrajecten – zoveel als mogelijk – kunnen worden voorkomen.
Tot slot draagt duurzame inzetbaarheid bij aan een lager ziekteverzuim. Daardoor kunnen ook kosten rondom arbeidsongeschiktheid en re-integratie worden voorkomen.
Kortom, energie steken in werkloosheidspreventie leidt tot kostenbesparingen!
Tot slot
Deze blog geeft een informatie over “werkloosheidspreventie” en haar verschillende fasen. Als aanvulling op deze blog, zullen in de komende tijd blogs verschijnen op onze website die bijdragen aan werkloosheidspreventie of duurzame inzetbaarheid, dan wel een aanvulling zijn daarop. In het bijzonder gaan we daarbij in op: scholing, het VWNW-traject, het sociaal plan en gezonde arbeidsomstandigheden.
Heeft u vragen naar aanleiding van deze blog? Neemt u dan gerust contact op met ons op. Wij helpen u graag met uw juridische vragen.